Hoogbegaafde autist overleeft in een niet-autistische wereld
13 juli 2012

 

U bent gescheiden, u heeft een of meer kinderen welke hun hoofdverblijf bij uw ex-partner hebben, u heeft ouderlijk gezag en een omgangsregeling maar uw ex weigert daar aan mee te werken. Als u dan toch bij uw ex aan de deur komt om uw kroost op te halen is er niemand thuis of u krijgt u uw kind(eren) gewoon niet mee. Goeie kans zelfs dat uw ex dan de politie belt, die na verloop van tijd komt opdagen en u vertelt dat zij niets voor u kunnen doen omdat het een civielrechtelijke kwestie is en u maar naar uw advocaat moet gaan om een nieuwe procedure te starten.

Klinkt dit bekend? Dan is er weer hoop! In tegenstelling tot wat de politie (en misschien zelfs uw advocaat) u vertelt is hier namelijk wel degelijk sprake van een strafbaar feit. Uw ex-partner maakt zich dan namelijk schuldig aan overtreding van artikel 279 van het Wetboek van Strafrecht:

1. Hij die opzettelijk een minderjarige onttrekt aan het wettig over hem gesteld gezag of aan het opzicht van degene die dit desbevoegd over hem uitoefent, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren of geldboete van de vierde categorie.
2. Gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren of geldboete van de vijfde categorie wordt opgelegd indien list, geweld of bedreiging met geweld is gebezigd, of indien de minderjarige beneden de twaalf jaren oud is.

 

Aanvankelijk werd het niet meewerken aan een omgangsregeling niet als overtreding van dit artikel gezien, inmiddels is er echter jurisprudentie ontstaan waardoor dit wel degelijk als misdrijf wordt aangemerkt. Als uw ex niet meewerkt kunt u nu dus naar de politie stappen en aangifte doen!

Staar u echter niet blind op de maximumstraffen. Hoe aanlokkelijk het vooruitzicht ook mag zijn om uw ex-partner voor negen jaar achter de tralies te zien verdwijnen, de maximumstraf wordt in Nederland maar zelden opgelegd. Ga er maar vanuit dat bij een veroordeling uw ex een niet al te lange werkstraf krijgt, of hooguit een paar maanden cel.

Praktijkgeval

Man en vrouw zijn gescheiden, het kind heeft het hoofdverblijf bij de vrouw, er is een omgangsregeling vastgesteld maar de vrouw weigert telkens weer om het kind aan de man mee te geven. De man deed aangifte tegen de vrouw op grond van artikel 279 Sr. Op 5 februari 2009 veroordeelde de Rechtbank Leeuwarden de vrouw daarvoor tot een werkstraf van 100 uren waarvan 40 uren voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. (LJN BH2027)

Van groot belang hierbij is een arrest van de Hoge Raad op 15 februari 2005 (LJN AR8250). In 2000 heeft de Staatssecretaris van Justitie, naar aanleiding van de vraag of het niet nakomen van een omgangsregeling bij een apart wetsartikel strafbaar moest worden gesteld, nog verklaard dat strafrechtelijke vervolging van een ouder niet in het belang van het kind zou zijn. Op 15 februari 2005 heeft de Hoge Raad echter overwogen dat degene die mede het gezag over een minderjarig kind uitoefent, dit kind desondanks aan het gezag en/of het opzicht van een ander kan onttrekken, bijvoorbeeld door zich niet te houden aan een bij rechterlijke beslissing vastgestelde omgangsregeling. In dit arrest betrof het een situatie waarbij de vader het kind niet volgens de omgangsregeling terugbracht bij de moeder bij wie het kind zijn hoofd-verblijf had.  De Hoge Raad achtte strafrechtelijke vervolging op grond van artikel 279 mogelijk.
Het onderhavige geval heeft betrekking op de omgekeerde situatie, namelijk dat de moeder, bij wie het kind zijn hoofdverblijf heeft, zich niet houdt aan de vastgestelde omgangsregeling door het kind niet met de vader mee te laten gaan. De strekking van artikel 279 van het Wetboek van Strafrecht is om degenen die het wettig gezag uit-oefenen over een minderjarige in staat te stellen hun taak uit te oefenen. Dit heeft naar het oordeel van de rechtbank ook te gelden voor de met het ouderlijk gezag belaste niet-verzorgende ouder, zoals hier de vader. De bescherming van het kind staat hierbij centraal.
Gelet op deze strekking en de bewoordingen van het hiervoor genoemde arrest, is de rechtbank van oordeel dat artikel 279 van het Wetboek van Strafrecht ook op een situatie als de onderhavige van toepassing is.

Wat als uw ex-partner veroordeeld wordt?

Uw ex kan weliswaar strafrechtelijk veroordeeld worden maar dat biedt geen garantie dat hij of zij voortaan wel gaat meewerken. Het verdient aanbeveling om tevens een civiele procedure te starten en de Rechtbank te verzoeken aan de omgangsregeling een dwangsom te verbinden welke uw ex aan u moet betalen telkens wanneer hij of zij niet meewerkt aan de omgangsregeling. Overleg hierover met uw advocaat.

Heeft u een bijzonder hardnekkige ex die dan ook nog eens weigert de dwangsom te betalen, dan kunt u met de uitspraak van de Rechtbank naar een deurwaarder om via die route uw geld te krijgen. Dat werkt vaak wel, soms ook niet. Loonbeslag biedt vaak uitkomst, maar als uw ex-partner de dwangsommen flink laat oplopen tot, laten we zeggen, € 10.000 maar moet rondkomen van een bijstandsuitkering gaat u helaas geconfronteerd worden met het verschijnsel ‘van een kale kip kun je niet plukken’.

Strafzaken, civiele procedures, dwangsommen en deurwaarders gaan de relatie met uw ex-partner natuurlijk niet ten goede komen. Maar laten we eerlijk zijn, als uw ex weigert mee te werken aan de omgangsregeling (en daarmee in feite uw kind(eren) misbruikt als wapen om u te kwetsen) was die relatie toch al bitter slecht en niet meer te repareren.

In het ergste geval kunt u dan natuurlijk nog een procedure starten om uw kind(eren) aan u toegewezen te krijgen en uw ex-partner het ouderlijk gezag te laten ontnemen, of zelfs geheel uit de ouderlijke macht te laten ontzetten. Ook hier weer: overleg met uw advocaat.

Een paar tips

Laat u niet afschepen! U zult van alle kanten (zoals de politie, Bureau Jeugdzorg, Raad voor de Kinderbescherming, mogelijk zelfs uw eigen advocaat) te horen krijgen dat vervolging van uw ex-partner “niet in het belang van het kind” is en u dus beter geen aangifte kunt doen. Echter, omgang tussen u en uw kind(eren) is doorgaans wèl in het belang van het kind en zelfs van vitaal belang voor zijn of haar gezonde ontwikkeling. Daarnaast hebben ouders en kinderen in beginsel een wettelijk recht op omgang met elkaar. Als uw ex-partner dan eerst strafrechtelijk veroordeeld moet worden om die omgang uitgevoerd te krijgen is dat vervelend voor uw ex-partner, maar wie een mis-drijf pleegt moet nou eenmaal rekening houden met strafrechtelijke vervolging en veroordeling. Een strafrechtelijke veroordeling kan een bijzonder krachtig signaal zijn voor een dwarsliggende ouder dat het dwarsliggen niet meer geaccepteerd wordt.

De politie is vaak slecht geïnformeerd, de kans is dan ook groot dat u te horen krijgt dat er geen sprake is van een strafbaar feit en u derhalve ook geen aangifte kunt doen. Print daarom bovenstaande rechterlijke uitspraken uit en neem ze mee als u aangifte gaat doen. Beter nog: neem ook uw advocaat mee. Laat uw advocaat vooraf wel beide uitspraken lezen; jurisprudentie bijhouden is een heidens karwei dus kan het zijn dat uw advocaat deze uitspraken niet kent.

Weigert de politie aangifte op te nemen (en die kans is groot) dan kunt u schriftelijk aangifte doen bij de Hoofdofficier van Justitie in het arrondissement waar uw woon-plaats onder valt; adresgegevens vindt u op derechtspraak.nl. De Hoofdofficier van Justitie zal uw aangifte dan doorsturen naar de politie.

Als uw ex-partner dan toch niet vervolgd wordt kunt u bij het Gerechtshof een klacht wegens niet-vervolging indienen (artikel 12 Wetboek van Strafvordering). Meer infor-matie hierover vindt u hier. Als ook het Hof beslist om niet tot vervolging over te gaan is het ‘einde oefening’, u kunt tegen die beslissing niet in hoger beroep of cassatie. Wel kunt dan nog een klacht indienen bij de Nationale Ombudsman en daarbij aanvoeren dat het Openbaar Ministerie onzorgvuldig te werk is gegaan. Gaat uw ex-partner na uw aangifte opnieuw in de fout dan kunt u bovendien opnieuw aangifte doen (van de nieuwe feiten) waarna het hele verhaal opnieuw begint.

Tot slot een waarschuwing: als u uiteindelijk toch daadwerkelijk omgang gaat krijgen met uw kroost, ga dan vooral niet uw ex-partner ‘een koekje van eigen deeg’ geven door het kind te laat terug te brengen! Als het een half uurtje later wordt zal (behalve uw ex) daar niemand moeilijk over doen, maar als het een dag later wordt gaat u een probleem krijgen. De neiging om de ex eens terug te pakken is alleszins begrijpelijk, maar in zo’n geval begaat u hetzelfde misdrijf en zal de omgangsregeling geen lang leven beschoren zijn.

43 Responses to Niet meewerken aan omgangsregeling

Nieuwste column
Politie Eindhoven weigert lastige vragen te beantwoorden
Dat het Openbaar Ministerie niet gediend is van 'lastige' vragen wisten we al. Bij de politie heerst echter dezelfde mentaliteit.
Lees verder...
Fictie
Na de non-fictie ben ik mij nu ook gaan wijden aan het schrijven van (Engelstalige) fictie.
Lees hier verder